Ieder mens bestaat uit 40 duizendmiljard cellen die zijn ontstaan uit één cel, de zygote. Dit is de samensmelting tussen een zaadcel en een eicel. Deze zygote maakt een exponentiële groei door als gevolg van klievingsdeling. Dus van 1 cel naar 2 cellen, naar 4 – 8 – 16 – 32 – 64 – 128 et cetera.

De cellen gaan zich vanaf dag 8 na samensmelting differentiëren en er ontstaan kiembladen. Het ectoderm voor de buitenkant (huid, zenuwstelsel), het entoderm voor de binnenkant (maagdarmkanaal) en het mesoderm voor het tussenweefsel (bindweefsel). Deze cellen worden uiteindelijk weefsels welke zich samenvoegen tot stelsels. Het spijsverteringsstelsel, het ademhalingsstelsel, het circulatiestelsel en het uitscheidingsstelsel. In de stelsels onderscheiden we verschillende organen. We ontwikkelen ons dus van eencellig naar meercellig, van meercellig naar weefsels, van weefsels naar stelsels en uiteindelijk naar organen. De organen zullen met elkaar communiceren en deze communicatie zorgt voor bewustzijn hetgeen ondergebracht wordt in onder andere onze psyche.

Het één is er dus eerder in de tijd ontstaan. Dit betekent dat het latere ten dienste staat van het eerdere. Dus onze psyche staat ten dienste van de communicatie welke ten dienste staat van de organen welke ten dienste staat van weefsels wat dan uiteindelijk terug te voeren is op de ene cel. Wij zijn dus niet ons brein, wij zijn niet onze hormonen, wij zijn niet onze organen maar wij zijn vanaf het begin een enkele cel.

Iedere cel vernieuwt zicht er is een cycle of life. Door mitose deelt de cel, dan leeft hij en door apoptose sterft hij. Van elke cel is er een moedercel, een stamcel, welke zich aanpast aan de omstandigheden waarin hij zich bevindt. Dus hij past zich aan de omgeving aan, voedt zich met wat hij krijgt, heeft een leeftijd et cetera. Deze stamcellen hebben een onbeperkte mogelijkheid zich te delen. De dochtercellen kunnen differentiëren. De levensduur van cellen is verschillend. Maar zolang er leven is zijn er cellen. Alles vernieuwt zich dus, continu, levenslang.

Per dag worden er 200 miljard erytrocyten (rode bloedcellen) aangemaakt vanuit stamcellen. Dat is dus 2,5 miljoen per seconde! Een erytrocyt leeft gemiddeld 120 dagen. 15 miljard leukocyten (witte bloedcellen) worden er per dag aangemaakt, zij leven 40-80 dagen. En 400 miljard bloedplaatjes (trombocyten) met een levensduur van 10 dagen. De cyclus van bloed is dus 4 maanden.

De levensduur van het slijmvlies van de darmen is ongeveer drie dagen en de cellen van de maag 30 dagen. Het buikvlies ongeveer 300 dagen. De alvleesklier doet er 10 maanden over, spieren ongeveer 400 dagen. Kraakbeen kan zich vernieuwen in 3,5 jaar en bot in 7 jaar. Van zenuwweefsel lijken geen gegevens beschikbaar.

Dus met de huidige gegevens ben je na zeven jaar helemaal vernieuwd. De kwaliteit van vernieuwing is dus afhankelijk van de omstandigheden waarin jij je begeeft, hoe schoon jouw voedingsbodem is. Als Natuurgeneeskundig Therapeut leer je bij de NAVN hoe je dit vanuit holistische visie optimaal aanpakt.

Groeien is dus genezen wanneer de omstandigheden ideaal zijn. En besef dat dit tijd kost. Gras groeit niet harder als je er aan trekt.

Bronnen: Medische fysiologie – Bouman en Bernards 2008 en www.Integraalmedischcentrum.nl